Autorijden

Ik heb niet vaak ruzie met mijn man, maar áls we woorden hebben, gaat het over autorijden. En dan als ik achter het stuur zit. Hij zegt het niet met zoveel woorden, maar ik voel dat hij mij niet een hele beste coureur vindt.

Vooral als ik in ‘zijn’ auto rijd, zit hij gespannen naast me. Af en toe geeft hij ‘goedbedoelde’ instructies zoals ‘hij kan wel in de vier’ of ‘denk om die stoeprand’. Het probleem is dat het toevallig altijd ‘mis’ gaat als hij naast me zit. Juist dan slaat de motor voor het stoplicht af, geef ik teveel gas of verloopt het parkeren niet helemaal soepel.

De meeste mannen die deze column lezen denken nu waarschijnlijk ‘logisch, want vrouwen kunnen niet autorijden’. Maar uit recent onderzoek blijkt dat dit vooroordeel wordt bevestigd doordat júllie vrouwen het gevoel geven dat ze het niet kunnen; daardoor presteren wij slechter. 

Als mannen zouden zeggen dat vrouwen geen richtingsgevoel hebben, kan ik me er nog iets bij voorstellen. Dan nóg vind ik dat je niet alle dames over één kam kunt scheren, maar ik ken wel een heleboel vrouwen die regelmatig verdwalen. Zelf ben ik er één van.

Vooral de verschillende dorpjes in Dongeradeel zijn lastig te vinden. Gelukkig heb ik nu mijn vriend TomTom altijd bij me. Al maakt die het er ook niet altijd gemakkelijker op. Als ‘Bram’ zegt dat ik ‘verderop linksaf’ moet, weet ik soms nog niet welke afslag hij precies bedoelt.

Het gevaar van zo’n navigatiesysteem is dat mensen er blind op vertrouwen. Daardoor belandde een automobilist die de elektronische aanwijzingen keurig opvolgde laatst nog met zijn auto in het water. Gelukkig was het een man die dit overkwam. Al sluit ik niet uit dat hij door ‘Saskia’ de sloot in is gestuurd.

Klasina van der Werf    

Bron: Nieuwsblad Noordoost-Friesland, 2 april 2009

2 april 2009