Dokkum

‘Binne we no wêr yn ús eigen Dokkum?’ Ik was denk ik een jaar of vijf toen ik deze vraag aan mijn ouders stelde. We waren net terug van vakantie uit het buitenland, waar we allerlei steden hadden bezocht. Leuk al die steden, maar als kind voelde ik me toch het meest vertrouwd in mijn eigen omgeving. Dus toen we thuis waren en in Dokkum winkelden, stelde ik deze vraag. Mijn moeder moest er om lachen. Ze schreef dit soort uitspraken altijd op, vandaar dat ik het nog weet.

Hoewel ik me van jongs af aan thuis heb gevoeld in Dokkum, zag ik de schoonheid van de stad pas veel later in. Het was in een pauze van mijn middelbare schooltijd toen ik een groep toeristen verwonderd naar de trapgevels van de huizen op de Vleesmarkt zag kijken. Ik had die gevels al veel vaker gezien, maar besefte nu pas hoe uniek die waren. Net als de Bolwerken, waarover we de laatste jaren met collega’s regelmatig een rondje liepen tijdens onze lunchpauze. In de winter van 2012 leerde ik Dokkum weer op een andere manier kennen, namelijk vanaf het ijs. Opnieuw kwam ik tot de conclusie dat deze stad bijzonder mooi is.

Met het nieuwe Dokkum Magazine, dat dinsdag 22 maart gepresenteerd wordt, laten we mensen op papier zien hoeveel moois Dokkum te bieden heeft. Zo kunnen we ook toeristen een positief gevoel geven over de Bonifatiusstad. Vaak vind je het ‘gewoon’ als je er zelf woont, omdat je er aan gewend bent. Dat merk ik ook aan mezelf. In het buitenland bekijken we alle toeristische hoogtepunten, terwijl we in onze eigen regio nog lang niet alles hebben gezien.

Daarom roep ik bij deze alle inwoners van de regio op om eens goed naar Dokkum te kijken en vervolgens te ontdekken hoe bijzonder het hier is. Het heeft bij mij even geduurd voordat ik het door had, maar ik vertel nu tegen iedereen die het wil horen dat deze stad prachtig is. Ik ben dan ook hartstikke trots op Dokkum. Ús eigen Dokkum!

Klasina van der Werf

Bron: www.in-dokkum.nl

21 maart 2016