Thuisonderwijs
Na de vorige lockdown had ik gehoopt dat het de laatste keer zou zijn, maar we zitten er weer middenin: thuisonderwijs. Het heeft zo z’n voor- en nadelen. Voordeel is dat we ’s ochtends niet snel hoeven. Geen wekker, kinderen kunnen hun onesie lekker aanhouden en we hebben geen haast tijdens het ontbijt.
Maar dan. Dan moeten we beginnen met rekenen en taal, instructiefilmpjes zoeken voor de één en ondertussen uitleg geven aan de ander. Dan merk je ook nog verschil tussen beide kinderen. De één vindt het wel leuk en werkt lekker door, de ander is snel afgeleid en gaat veel liever knutselen dan sommen maken.
Op zich zou het allemaal prima te doen zijn als we zelf geen werk hadden. Maar mijn man moet tussendoor vergaderen via Teams met zijn collega’s en ik moet een deadline halen voor de krant. Tussendoor komen er ook nog klussers langs omdat we net zijn verhuisd, kortom ons huis is nu al te klein.
Gelukkig kunnen we af en toe uitwijken naar mijn kantoor in Damwâld. ,,Als we voor 12 uur klaar zijn krijgen jullie een broodje kroket’’, beloof ik de kinderen. Misschien niet helemaal pedagogisch verantwoord, maar het werkt wel. Het leuke is dat er meer ouders op het idee zijn gekomen om de kinderen mee te nemen, waardoor ze na het huiswerk ook nog met elkaar kunnen spelen.
En zo slepen we ons ook weer door deze tweede lockdown heen, die misschien voor het basisonderwijs iets korter duurt. Gelukkig maar, want een thuissituatie met twee werkende ouders én twee kinderen die begeleiding nodig hebben voor school in één huis is niet gezond. Ook al zijn we nog zo blij met ons nieuwe huis, dit is niet de start die we gehoopt hadden.
Ik weet dat we eigenlijk niks te klagen hebben hoor, want er zijn gezinnen die er heel anders voor staan, kinderen die achterstanden oplopen in het onderwijs en mensen die het echt niet meer zien zitten nu de lockdown met drie weken is verlengd. Deze week sprak ik voor de krant nog met een horecaondernemer, een positief mens, die zich zo langzamerhand begon af te vragen: Hoe lang moeten we nog positief blijven?
Klasina van der Werf
Op mijn website heb ik vanaf het begin een dagboek in coronatijd bijgehouden. Dit is er één van.
Maar dan. Dan moeten we beginnen met rekenen en taal, instructiefilmpjes zoeken voor de één en ondertussen uitleg geven aan de ander. Dan merk je ook nog verschil tussen beide kinderen. De één vindt het wel leuk en werkt lekker door, de ander is snel afgeleid en gaat veel liever knutselen dan sommen maken.
Op zich zou het allemaal prima te doen zijn als we zelf geen werk hadden. Maar mijn man moet tussendoor vergaderen via Teams met zijn collega’s en ik moet een deadline halen voor de krant. Tussendoor komen er ook nog klussers langs omdat we net zijn verhuisd, kortom ons huis is nu al te klein.
Gelukkig kunnen we af en toe uitwijken naar mijn kantoor in Damwâld. ,,Als we voor 12 uur klaar zijn krijgen jullie een broodje kroket’’, beloof ik de kinderen. Misschien niet helemaal pedagogisch verantwoord, maar het werkt wel. Het leuke is dat er meer ouders op het idee zijn gekomen om de kinderen mee te nemen, waardoor ze na het huiswerk ook nog met elkaar kunnen spelen.
En zo slepen we ons ook weer door deze tweede lockdown heen, die misschien voor het basisonderwijs iets korter duurt. Gelukkig maar, want een thuissituatie met twee werkende ouders én twee kinderen die begeleiding nodig hebben voor school in één huis is niet gezond. Ook al zijn we nog zo blij met ons nieuwe huis, dit is niet de start die we gehoopt hadden.
Ik weet dat we eigenlijk niks te klagen hebben hoor, want er zijn gezinnen die er heel anders voor staan, kinderen die achterstanden oplopen in het onderwijs en mensen die het echt niet meer zien zitten nu de lockdown met drie weken is verlengd. Deze week sprak ik voor de krant nog met een horecaondernemer, een positief mens, die zich zo langzamerhand begon af te vragen: Hoe lang moeten we nog positief blijven?
Klasina van der Werf
Op mijn website heb ik vanaf het begin een dagboek in coronatijd bijgehouden. Dit is er één van.
13 januari 2021